Voor veel mensen is het moeilijk en stressvol om het woord te nemen, en door het thuiswerken moeten we onze manier van presenteren herzien, of het nu gaat om een bespreking met een opdrachtgever of om een netwerkevenement. Hier wat best practices voor je mondelinge communicatie, het schrijven van een pitch en om je je op je gemak te doen voelen.
Allereerst, wat is een pitch?
Een pitch is een presentatie van een project of een idee met als doel je gesprekspartner te overtuigen. Deze oefening verschilt van andere presentaties, omdat deze een actie moet uitlokken, dit noemen we ook wel een “call to action”. Bij een pitch moet er dus beargumenteerd worden. En om je argumentatie op te bouwen moet je meerdere stappen kennen.
1. Het voorbereiden van de pitch
Je zou nooit een marathon lopen zonder een goede fysieke training. Het spreken voor een publiek is hetzelfde, je moet trainen om… te praten! De voorbereiding is een essentiële en onmisbare stap om ervoor te zorgen dat je presentatie opvalt. Béatrice Doradoux, Trainer in mondelinge Communicatie legt ons haar zogenaamde “Toblerone”-methode uit. (Je vraagt zich vast of dit een vieruurtje wordt? Nee, we zijn doodserieus, wacht maar af).
De “Toblerone”-methode, verwijzend naar haar typische vorm (een recht prisma met driehoekige voet, om te schitteren in de maatschappij) rust op 3 onderdelen:
- De linkerhoek: waarom moet ik deze pitch doen, wat omschrijft mij het best, hoe kom ik over op andere mensen?
- De rechterhoek: wie is mijn gesprekspartner, heb ik vooroordelen, snap ik zijn of haar behoeften goed?
- De bovenhoek: wat brengt ons uiteindelijk samen – de pitch natuurlijk, maar wat nog meer?
En waarom een “3D-driehoek”? Omdat er altijd 2 diepteniveaus zijn: ik / mijn gesprekspartner als persoon, ik / mijn gesprekspartner met zijn of haar beroepsmatige houding.
Door deze 3 onderdelen op te schrijven krijg je meteen een duidelijk beeld en het biedt ook mogelijkheid om het doel van je pitch vast te stellen.
Wie ben ik? Dit lijkt heel simpel, en toch is het belangrijk om jezelf deze vraag te stellen. Wat zijn bijvoorbeeld de karaktertrekken en vaardigheden die je in deze exacte context wilt benadrukken? Wat heeft je ertoe gebracht deze pitch voor te bereiden en deze voor een publiek te gaan presenteren?
Voorbeeld: Ik ben grafisch ontwerper en ik wil graag een opdracht in de wacht slepen bij een groot bedrijf. Uiteraard ga ik mijn technische vaardigheden benadrukken in deze exacte context, maar het is ook belangrijk om mijn persoonlijkheid naar voren te brengen: mijn vermogen om me makkelijk aan te passen aan een nieuwe werkomgeving, om met diverse teams samen te werken, om georganiseerd te werk te gaan en duidelijk te communiceren.
Door je gesprekspartner vast te stellen heb je de mogelijkheid je verhaal af te stemmen en uniek te maken. Een tip van Béatrice: “Houd in je achterhoofd dat je gesprekspartner bovenal een mens is, naast een potentiële opdrachtgever”.
Voorbeeld: Mijn gesprekspartners zijn de Design Director en de Communicatiemanager van een groot bedrijf. Ik ga interesse tonen in deze twee mensen, ik zoek hun vorige werkervaringen op en ik probeer met deze informatie iets te vinden wat we gemeen hebben. Dit kan iets heel simpels zijn, zoals werkervaring in het buitenland, een gemeenschappelijke interesse in fotografie, etc.
Het idee is niet om een heel “onderzoek” te doen, omdat dit je meer vooroordelen kan geven dan dat je had, en omdat dit je verhaal minder natuurlijk kan maken. Toch is het zo dat als je van te voren de tijd neemt om je te verplaatsen in je gesprekspartner en als je goed naar hem of haar luistert op de dag zelf, je beter met elkaar leert communiceren. Het is een beetje als een sollicitatiebrief, het werkt beter als het persoonlijk is en niet te generiek.
Tot slot, de context en dus de situatie die je ertoe heeft gedreven deze pitch te doen zwart op wit zetten helpt je om een precies idee te krijgen van het doel dat het je moet dienen. Bijvoorbeeld, mijn doel is om van deze opdrachtgever waar ik af en toe mee werk een vaste opdrachtgever te maken.